Vlinder

Het was een verwarrende berichtgeving. Afgelopen april meldde de GGD dat onze gemeente de eikenprocessierups ging bestrijden, de gemeente zelf schreef dan weer dat de oorlog 1 juli startte. Het kan natuurlijk zo zijn dat tijdens de eerste ronde niet alle rupsen naar de eeuwige jachtvelden vertrokken. Of de verdelgers waren cowboys. Trouwens, waarom het woord ‘cowboy’ in de laatste decennia een spottende ondertoon kreeg, is mij een raadsel. Een cowboy of vrij vertaald: een veehoeder, was eerder altijd een dappere man. Neem Clint Eastwood. Dé held van talloze wildwestfilms.

Er is een oplossing

Goed. Het hele drama eikenprocessierups houdt ons bezig. En ondernemend volkje als we zijn bedenken we oplossingen voor de overlast die insecten geven. Als eerste moeten we natuurlijk alle charlatans als kaf van het koren scheiden. Dus stelde het Wageningse Kenniscentrum Eikenprocessierups kortgeleden voor dat in het land waarin ongeveer alles een keurmerk heeft, ook deze tak van sport een kwaliteitsoordeel moest krijgen. Ik begrijp dat wel. Het laatste wat we willen is dat ons land bezwijkt onder de rupsen en als je de berichtgevingen mag geloven staat precies dat ons te wachten. Een andere aanpakker is apotheker Valerie Janssen van Rosendaal uit Brabant. Zij brouwde van lidocaïne en levomenthol haar eigen ‘ti-ta-tovermiddel’ tegen de jeuk die de rups veroorzaakt. In een paar weken tijd verkocht ze duizenden tubes. Ook dat begrijp ik wel. Zeker als de jeuk op bepaalde plekken huishoudt. Die minuscule haartjes komen echt óveral. Maar er gloort licht aan de horizon. Volgens kenners ontpoppen de rupsen zich tegen het einde van deze maand in nachtvlinders en is het leed geleden. Tot volgend jaar. Daar zorgen de vrouwtjesvlinders wel voor. In september leggen zij de eitjes die volgend jaar weer… juist. Er is maar één oplossing: de gemeente moet nu deze oorlog winnen!