Michael de Leeuw gaat voor zijn kans
Algemeen
31
keer gelezen
Er zijn niet al teveel amateurvoetballers die halverwege het seizoen overstappen naar een andere club. Michael de Leeuw (29) deed het wél. Hij verruilde deze winter VVSB voor Capelle.
Door Jan J. Timmer
Capelle - Op sportpark ‘t Slot zijn ze zowel blij als opgelucht over de transfer. De hoofdklasser raakte vanwege de langdurige blessure van Marvin van Tienen dun in de keepers te zitten. Toen de vereniging ontdekte dat De Leeuw, in het dagelijks leven leerkracht op een basisschool in zijn woonplaats Zoetermeer, het niet erg meer naar zijn zin had bij VVSB, besloot men contact met hem te zoeken.
De oud-doelman van Be Fair, ADO Den Haag (jeugd), FC Haarlem, HBS, Jodan Boys, Katwijk, ARC en Sportlust toonde zich meteen belangstellend. Niet veel later ondertekende hij een contract dat hem voor anderhalf jaar aan Capelle bindt.
“Een kleine twee jaar geleden had ik al eens contact met Capelle, maar toen koos ik ervoor om voor mijn kansen te gaan bij VVSB. Ik wilde ontdekken waar mijn plafond lag en zag bij die club een mooie uitdaging. De praktijk viel echter flink tegen.
“Trainer Erik Meijers koos voor een andere keeper en liet voortdurend weten zeer tevreden over deze doelman te zijn. Mij bevreemdde dat, omdat ik hem niet echt ijzersterk vond acteren. Meijers opvolger koos aanvankelijk ook voor mijn collega. Dat was voor mij het signaal om eens goed te gaan nadenken over mijn toekomst.
“Precies in die periode belde Capelle. Ik gaf mijn jawoord. Uitgerekend vanaf dat moment liet de trainer van VVSB me weten niet zo tevreden te zijn over de prestaties van zijn eerste keeper. Voor mij was dat té laat.
“Ik zit nu bij Capelle en dat bevalt prima. Leuke groep, aardige gasten. Ze kunnen allemaal lekker ballen maar spelen nog niet altijd even volwassen. Ik denk dat ik er met mijn ervaring een goede coachende rol kan vervullen. En uiteraard wil ik zélf goed presteren. Wie weet waar het toe leidt. Wellicht kunnen we een periodetitel pakken. Met dit elftal is het mogelijk, daar ben ik van overtuigd.”