Column Sophie Dijkgraaff: Rommelkonten
Algemeen
44
keer gelezen
Capelle - Irado loopt achter met het ophalen van grofvuil. Dat las ik in de krant. Nu moet ik eerlijk zeggen dat berichtje was niet echt nodig geweest. Nee, ik hoef maar naar buiten te kijken om te zien dat de troep op straat zich ophoopt. U begrijpt, ik chargeer. Een beetje. Maar ach, eigenlijk snap ik die afvallozers wel. Ja, als je eenmaal aan het opruimen bent dan wil je ook écht opruimen en niet in een of ander kamertje constant tegen stapels troep aanlopen, toch?
Best een gedoetje
Enfin, in diezelfde krant las ik nog een ander, best triest artikel, dat ook met opruimen te maken had. Echt, een normaal mens zou na het lezen ervan een potje janken. Mij gebeurde het tegenovergestelde, een grijns kwam op mijn gezicht. Dat komt zo. Het stukje berichtte over een man die op zijn fiets een rondje reed door de stad – niet de onze maar er wonen wel dezelfde rommelkonten. Die man fietst daar dus en ziet tussen het gedumpte afval een vloerkleed. ‘Mooi’, denkt de man, ‘Dat neem ik mee.’ Zou ik nooit doen. Een stuk tapijt dat bij het afval is gedumpt meeslepen. Een kast of zoiets dergelijks, à la sopje erover en klaar. Zo’n kleed moet toch eerst weer naar de stomerij want wie weet wat voor schimmelvoeten eroverheen gelopen hebben… Best een gedoetje. Maakte die man niet uit. Na veel gesjor is het zover. Hij kon verder. Tot dat rot kleed van zijn fiets valt. Weer sjorren. Toen dacht de man: ’Best zwaar dat kleed.’ Dat was niet zo. Welnee, de lugubere inhoud díe was zwaar – een half lijk, van een vrouw...
Begrijpt u nu waarom ik toch een beetje moest lachen na het lezen van deze tragedie? ’t Zal je gebeuren! Mijn advies, mocht u ook zo’n afvaldoorzoeker zijn, prima, maar controleer wel even wát u meeneemt.
sophiedijkgraaff.nl