‘Ik ben weer thuis en dat voelt goed’
Algemeen
34
keer gelezen
Terug naar zijn ‘voetbalroots’. Marlon Oranje deed het en meldde zich deze zomer na een sportloopbaan die hem bij SC Feyenoord, Zwaluwen, Barendrecht en Jodan Boys voerde, bij de zondageersteklasser. “Ik ben na tien jaar weer thuis.”
Jan J. Timmer
Capelle - Overdag werkt Marlon Oranje (29) als fysiotherapeut bij Fysiosport Capelle. In de praktijk hangt een foto van een kleine twintig jaar geleden, waarop een piepjonge Marlon te zien is naast toenmalig eerste elftalspeler Peter Heiszwolf. “Unieke plaat, hè”, glimlacht Oranje. “Peter zat toe midden in zijn voetbalcarrière en ik was net begonnen. En nu werk ik bij hem. het kan bijzonder lopen in een mensenleven.”
Er waren verschillende redenen waarom Marlon Oranje verlangde naar een weerzien met zijn oude club. “Ik merkte dat ik met steeds meer tegenzin naar Gouda reed om daar drie keer per week te gaan trainen en te voetballen. Ik ben in een andere fase van mijn leven beland, heb een drukke baan, ben gaan samenwonen.
“Ik had na tien jaar geen zin meer in de druk van het ‘moeten’. Rob Naaktgebooren had me al een aantal keren gevraagd of ik terug wilde komen bij Zwervers. Deze winter vond ik de tijd rijp om ja te zeggen. En nu sta ik er weer en geniet ik met volle teugen van mijn sport én de club. Zwervers is een echte amateurclub waar niet betaald wordt, dat voel je aan de sfeer.
“Na een training gaan we de kantine in en hebben we simpelweg lol met elkaar. De selectie vormt een hechte groep. Dat is best bijzonder, zeker in relatie tot de magere puntenoogst die we tot nu toe bijeen wisten te sprokkelen. Juist die teamgeest gaat ons er dit seizoen doorheen sleuren, daar ben ik van overtuigd! Ik hoop daar een goede rol in te spelen.
“Hoe? Door samen met mijn kameraad en ploeggenoot Jason Postema onze ervaring in te brengen en zo goed mogelijk te spelen als ‘10’ of in een iets teruggetrokken rol op het middenveld. Eén ding is nu al zeker: Zwervers was mijn eerste en wordt mijn laatste club. Ik ben weer thuis en dat voelt hartstikke goed!”