Bo Oppe gaat voor het hoogst haalbare

Capelle - De voorbije zomer maakte korfballer Bo Oppe de overstap van Oranje Wit naar KCC. Zijn doel: zich op een zo hoog mogelijk niveau verder ontwikkelen in in zijn sport.

Door Jan J. Timmer

“Het was in mijn geval best apart: van club wisselen”, grijnst Bo Oppe. “Bij Oranje Wit was ik vanaf mijn peutertijd kind aan huis. Mijn ouders gaven er allebei training en dus was het logisch dat ik ook veel op de club te vinden was en zelf al jong ging korfballen.” Een mooie mix van enthousiasme, doorzettingsvermogen en talent brachten hem al op jonge leeftijd in het eerste team. Met Oranje Wit 1 hoopte Oppe afgelopen seizoen promotie naar de Hoofdklasse af te dwingen, maar dat feest ging op het nippertje niet door. De Dordtenaren kwamen één punt te kort. “Ik had graag met een prijs afscheid genomen van de vereniging die me zoveel moois heeft gebracht, maar dat mocht jammer genoeg niet zo zijn. Nee, het mislopen van promotie was niet de ‘trigger’ om bij Oranje Wit te vertrekken. Dat besluit had ik al eerder genomen. KCC wilde me graag naar Capelle halen en kwam met een goed verhaal. Daarnaast wist ik dat de club een spelersgroep met mogelijkheden heeft en was de aanwezigheid van Julian Middelkoop een extra reden om in Capelle te komen korfballen. Ik ken Julian van Jong Oranje. We hebben op en buiten het veld een prima klik. Met de rest van de ploeg is dat goede gevoel er ook. Ik heb dan ook weinig tijd nodig gehad om te wennen.”

KCC heeft er inmiddels één helft van de veldcompetitie opzitten. De Capellenaren komen daarin uit op het hoogste landelijke niveau. “En dat betekent dat je elke wedstrijd boven jezelf moet uitstijgen om uitzicht te hebben op een resultaat”, weet Jong Oranje-international Bo Oppe. “Handhaven is het ene doel, meegroeien met het hoge niveau het andere. Tegen topploegen leer je enorm veel; kennis en ervaring die ons sterker maken.” In de zaal speelt KCC in de Hoofdklasse, één afdeling onder de fameuze Korfbal League. “We zijn goed begonnen met overwinningen”, weet Bo Oppe. “En we zíjn ambitieus. De club wil na één jaar afwezigheid terugkeren op het hoogste niveau, maar er wordt van bovenaf geen extreme druk op de spelersgroep gelegd. Dat is verstandig. Je kunt het beter van wedstrijd tot wedstrijd bekijken. Eén ding is zeker: we moeten elke week vol aan de bak om de punten te pakken. Als je op 98 procent van je kunnen speelt, roep je ook in deze klasse de problemen over je af. Voor veel tegenstanders zijn wij de te kloppen ploeg. Ze spelen daardoor onbevangen tegen KCC en dat kan levensgevaarlijk zijn als je zelf niet goed bij de les bent. We zagen het in onze eerste zaalwedstrijd tegen Fiks. Daarin moesten we vol aan de bak om uiteindelijk nipt met 31-32 te winnen. Mooi toch?! Voor dit soort inspanningen ben ik naar KCC gekomen. Ik wil mezelf voortdurend testen, ontdekken waar mijn plafond ligt. De herinneringen aan Oranje Wit koester ik. De club gunde me mijn overstap ook. Ook dat geeft een goed gevoel.”