Column Sophie Dijkgraaff: Donkerblauwe Yamaha
Algemeen
37
keer gelezen
Capelle - Als 15-jarige had ik een droom: na mijn verjaardag wilde ik een brommer. Zo’n stoere ‘jongens’ brommer als een Yamaha of Zündapp. Vonden mijn ouders geen goed idee maar verder lieten ze me lekker fantaseren. Ieder mens moet leren van zijn eigen fouten, zullen ze gedacht hebben. Om mijn wens in vervulling te laten gaan moest ik wel zelf sparen. Dat schoot, door de hoogte van mijn zakgeld, totaal niet op. Dus ging ik werken.
Ik ga pas poetsen als het echt nodig is
Mijn eerste baantje was hulp in de huishouding. Die carrière duurde niet lang. Ik ben simpelweg niet in de wieg gelegd voor de rol van schoonmaakster. Nog steeds ga ik pas poetsen als het echt nodig is. Om die reden zocht ik al snel een andere bron van inkomsten. Dat werd een krantenwijk. Samen met mijn zus, die ook zo haar idealen had, liep ik elke week onze buurt af met de Havenloods. Welgeteld waren er twee flatgebouwen waar we beneden aan een stuk door kranten in de bus konden gooien. Voor de rest moesten we trap op, trap af. Rond de feestdagen duurde onze bezorgronde langer, dan probeerden we volgens traditie onze verdiensten wat op te schroeven door het uitbrengen van nieuwjaarswensen aan de lezers. Beste Capellenaren, ik hoop dat u wat scheutiger bent dan de mensen die ik trof.
Enfin, na anderhalf jaar rondsjouwen in een jas die intussen verkleurd was door een laag drukinkt, kwam de grote dag. Samen met mijn vader ging ik naar de brommerwinkel waar mijn droom in de etalage stond. Nadat de koop gesloten was reed ik trots op een donkerblauwe Yamaha huiswaarts om daar op een eigenaardige manier tot stilstand te komen: met mijn neus op de klinkers... Zo’n stop heb ik nog vijf keer herhaald. Pas toen besefte ik, voor een jongens brommer was ik ook niet in de wieg gelegd!