Column Sophie Dijkgraaff: Saamhorigheid
Algemeen
43
keer gelezen
Capelle - Oké, dit is niet de tijd om tegen u aan te zeuren. Nee, we hebben het al druk genoeg met alle gevolgen van het coronavirus en het overige nieuws is ook geen reden tot vreugde. Neem alleen al een paar feiten die zich kortgeleden in onze regio afspeelden: twee tieners aangehouden voor een steekpartij in de Vilmos Huszarstraat; jongeren slaan en schoppen een man in Fluiterlaan; in de omgeving van de Wiekslag heeft een pyromaan toegeslagen. Waarom deze mensen overgaan tot gewelddadigheden, lijkt me voer voor psychologen. Ja, ik kan wel een persoonlijke bespiegeling neerschrijven of net als alle specialisten op tv: ‘Wat als?’, vragen stellen, maar wat schiet ik ermee op? Wat als, leidt tot een oeverloos gezwam over een vraag die te laat is.
Capelle is toch geen zwijnenstal
Dus lamenteren over een futiliteit lijkt me niet op z’n plaats. En toch ga ik het doen. Want de laatste tijd bespeur ik bij mezelf en de gebruikers van de sociale media ergernis over de rotzooi op onze straten. Peuken, lege drankblikjes, snoeppapiertjes. En sinds de coronamaatregelen zijn aan deze artikelen nieuwe toegevoegd. Ook mondkapjes, hygiënische doekjes en plastic handschoenen belanden na gebruik – Hoppa! – op straat. Intussen wijzen milieuorganisaties ons op het gevaar dat kinderen dit afval nietsvermoedend oppakken en besmet kunnen raken.
Nu heb ik er een hekel aan om met een belerende vinger te wijzen, maar mensen, kom op, Capelle is toch geen zwijnenstal? Onze straten zijn toch voorzien van vuilnisbakken? Waarom maken we er dan zo’n bende van? Zullen we op dit vlak dezelfde saamhorigheid tonen als aan het begin van de coronacrisis? Nee, we gaan niet applaudisseren. Ditmaal steken we op een andere manier de handen uit de mouwen. Mijn idee is dat we de prullenbakken (en de hondenuitlaatplaatsen) in onze stad gaan gebruiken waar ze voor bedoeld zijn. Kunnen kinderen en volwassenen genieten van een schone stad!